Vandaag vond in Philipsburg (Sint Maarten) de installatie plaats van nieuwe rechters, te weten, de heren mr. J.J.J. Schols, mr. D. Gruijters en mr. T.R. van der Spoel. Tijdens de buitengewone zitting van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, St. Eustatius en Saba heeft Hoofdofficier van Justitie van Sint Maarten, Ton Maan, een toespraak gehouden:
Mijnheer de President, Edelachtbaar college, Mijnheer de Gouverneur, Mijnheer de Minister-president, Mevrouw de Staten-voorzitter, Mijnheer de Minister van Justitie, Geachte heer Deken, Collega’s,‘rechtsplegers, Familie, vrienden en overige geïnteresseerden, Maar vooral: geachte heer Van der Spoel, geachte heer Schols, geachte heer Gruijters,
De installatie van een nieuwe rechter is altijd een heuglijk feit. De installatie op Sint Maarten van drie nieuwe rechters – en dan ook nog een drie strafrechters – maakt vandaag wel tot een bijzonder heuglijke dag. Een hartelijke felicitatie is op zijn plaats. In de allereerste plaats voor de nieuw geïnstalleerden en hun familie en vrienden, maar uiteraard ook uw Hof en voor het land Sint Maarten.
Naast het requireren en het feliciteren heeft het Openbaar Ministerie op een zitting als deze ook altijd de verantwoordelijke taak om – over de hoofden van de nieuwe rechters heen – een evenwichtig beeld te schetsen van een belangwekkend actueel thema, liefst juridisch van aard.
De druk van de strafzaken op het Gerecht is niet gering. Het afgelopen half jaar was de functie van strafrechter op Sint Maarten vacant en heeft het Gerecht met hulp van de strafrechters van Aruba de strafzittingen gedaan. Daarvoor nogmaals onze oprechte dank aan de Arubaanse rechters.
De vice-presidente en ik hebben het echter al vaker tegen elkaar gezegd: tot voor kort vijf, thans vier officieren van justitie leveren dag in dag uit strafzaken aan die door één rechtercommissaris en één strafrechter behandeld worden.
Gelukkig zit de afdeling strafrecht van het Gerecht na vandaag weer wat ruimer in het jasje. Overigens zijn daarmee ook felicitaties aan de advocatuur en het Openbaar Ministerie op zijn plaats!
De afdoening van strafzaken in de zittingzaal bij de rechter is een essentieel onderdeel van de bestrijding van de criminaliteit. Essentieel, maar zeker niet het enige middel. Ik kom daar later op terug. De afgelopen jaren heeft de criminaliteit zich verder verhard: extreem geweld is geen uitzondering meer, vuurwapenbezit en vuurwapengebruik is zorgwekkend, de zware en ondermijnende criminaliteit neemt toe, de bedreigingen zijn groot.
Ruim een maand geleden, op 8 augustus, herdachten wij op Sint Maarten dat een jaar voordien police-officer Benjamin werd doodgeschoten toen hij bij een overval op een juwelier zijn moed toonde. Negen dagen na deze herdenking werd politieman Ferry Bakx op Bonaire doodgeschoten toen hij op een melding van een woninginbraak afging. Twee
moedige politiemensen die een stap naar voren deden waar burgers een stap terugdoen om zichzelf in veiligheid te brengen. Een stap naar voren die iedere politieman getraind is te doen. Met gevaar voor eigen leven, voor U en mij, telkens weer. Laten we ons dat allemaal goed realiseren!
Ik geef u een schets van een werkelijk verschrikkelijke week op Sint Maarten:
op 31 augustus wordt een gevangene doodgeschoten in zijn cel in de gevangenis,
op 1 september wordt een jonge man met een mes neergestoken, hij overlijdt ter plekke
op 2 september wordt een man neergeschoten, wordt in zijn been geraakt en overleeft het
op 3 september grijpt de politie in bij een huiselijke twist en treft een vuurwapen aan
op 4 september wordt een man voor zijn huis doodgeschoten
op 5 september vindt een overval met een vuurwapen plaats op een juwelier in Frontstreet
En tenslotte, 6 september, een fietser wordt bij een onverantwoordelijke inhaalmanoeuvre
doodgereden.
Zeven dagen, vijf vuurwapens, één mes, drie geweldsdoden, één verkeersdode.
Laat er geen twijfel over bestaan: het is en zal altijd de eerste prioriteit van het Openbaar Ministerie blijven om de verdachten van deze vreselijke geweldsdelicten voor de rechter te brengen.
Gewelds- en levensdelicten zijn onze topprioriteit en we zullen ons altijd tot het uiterste blijven inspannen om deze zaken op te lossen.
De rechtshandhaving op Sint Maarten heeft zich echter onvoldoende doorontwikkeld om een adequaat antwoord te kunnen geven op deze angstaanjagende, toegenomen maatschappelijke bedreigingen. Sterker, het schiet op veel vlakken tekort. Ik wijs op de financiën, de middelen en de formatie die ter beschikking worden gesteld aan de politie, aan het Openbaar Ministerie, aan het Gemeenschappelijk Hof, aan de gevangenis, maar laten we ook zeker niet vergeten: aan de advocatuur. Ik denk dat de deken daar nog wel op terug zal komen. Al deze hoofdrolspelers in de rechtshandhaving worden onvoldoende uitgerust voor het zware werk dat van hen verlangd wordt.
Stoppen we dan bij die constatering? Nee, zeker niet, ik wil niet alleen spreken over de tekorten in de strafrechtketen. Immers, rechtshandhaving is meer dan alleen de toepassing van strafrecht. Natuurlijk moeten er strafrechtelijke interventies zijn, ze moeten effectief zijn, ze moeten zichtbaar, merkbaar en herkenbaar zijn voor alle slachtoffers, verdachten en de burgers in Sint Maarten.
Maar we praten dan vooral over repressie, over het reageren op strafbaar handelen en bestraffen achteraf. Dat is slechts heel beperkt effectief in het voorkómen van criminaliteit.
De toepassing van het strafrecht alléén is niet de oplossing voor alle veiligheidsproblemen van een samenleving.
Een mooi voorbeeld kwam recent in de media naar voren, namelijk een opvallende daling met ruim 20% van het aantal gepakte bolletjesslikkers dat van Sint Maarten, Curaçao of Aruba naar Amsterdam vloog. Een mooi resultaat van strafrechtelijk optreden. Echter, tegelijkertijd is het aantal gepakte bolletjesslikkers op de route van de Cariben naar Düsseldorf het afgelopen half jaar bijna verdubbeld. Dit toont aan dat de financiële drive achter de criminaliteit altijd aanwezig blijft en de crimineel (letterlijk) zijn alternatieve route zoekt. We moeten daarom veel meer investeren op het wegnemen van die drive, door het afpakken van het financiële voordeel van de crimineel.
Ook op Sint Maarten gaan we daarom aan de slag met een afpakteam, een Asset Recovery Team. De Minister van Justitie en de Minister van Financiën hebben de opdracht daartoe ondertekend.
Een team bestaande uit mensen van KPSM, Douane, Kustwacht, Belastingdienst, Marechaussee en de Landsontvanger gaat zich richten op het afpakken van crimineel geld.
Door hun criminele vermogens af te pakken en de opbrengsten ten goede te laten komen van de rechtshandhavingsdiensten, betaalt de crimineel z’n eigen opsporing. Crime doesn’t pay!
Zoals u uit de samenstelling van het team al kunt afleiden, gaat het om een integrale aanpak, om samenwerking. Niet alleen het OM en opsporingsdiensten, maar ook de belastingdienst, ook de Landsontvanger.
Het streven naar een integrale aanpak is een van de drie pijlers van de strategie van het Openbaar Ministerie voor de komende jaren: het optimaal inzetten van de expertise, capaciteit, bevoegdheden en informatie van de handhavingsdiensten, het bestuur maar zeker ook private partijen uit de samenleving. Juist de samenwerking met maatschappelijke partners maakt de integrale aanpak zo effectief in de bestrijding en het voorkomen van crimineel gedrag. En daarvoor is nodig een besef van gedeelde verantwoordelijkheid, onderling vertrouwen en gelijkgerichtheid.
De samenleving zelf moet als geheel veel nadrukkelijker betrokken worden bij het bereiken van een veiliger en rechtvaardiger samenleving. Er moet een collectief bewustzijn en een publieke opinie ontstaan die leidt tot betrokkenheid van burgers en maatschappelijke organisaties, van bedrijven en media in het bereiken van een culture of legality and justice.
Meer vertrouwen in wet en recht moet ontstaan: de samenleving mag niet meer wegkijken, criminaliteit niet meer ‘normaal’ vinden en ‘geen geloof hebben’ in handhavingsdiensten.
De week zoals ik u schetste mag geen oud nieuws worden waarna we verder gaan waar we gebleven waren.
De Franse schrijver en piloot Antoine de Saint-Exupéry heeft ooit gezegd: Als je een schip wilt bouwen, roep dan niet de mensen bij elkaar om plannen te maken, het werk te verdelen, gereedschap te halen en hout te kappen, maar breng ze het hartstochtelijk verlangen naar de wijde, eindeloze zee bij. Dan bouwen ze het schip zonder hulp.
Een samenleving die zich teweer wil stellen tegen geweld, tegen wetteloosheid, tegen corruptie is de basis waarop de handhavende diensten kunnen bouwen aan een strafrechtelijk ingrijpen met duurzame resultaten. Het Openbaar Ministerie en de diensten moeten daarom in directe verbinding staan met de samenleving. En die verbinding, dat maatschappelijk draagvlak is op het moment onvoldoende.
Informeren en mobiliseren zijn daarbij kernwoorden. Naast de integrale aanpak is dit de tweede pijler voor het Openbaar Ministerie de komende jaren: een betere verbinding leggen met de maatschappij. Het Openbaar Ministerie en de handhavende diensten zullen vaker, beter en meer moeten uitleggen wat we doen, binnen en buiten de rechtszaal. Aan de hand van beeldbepalende zaken, aan de hand van themazittingen, aan de hand van meer en betere contacten met de media.
Zo heeft mijn hele parket drie weken geleden uitgebreid gesproken met de uitgever van een van de lokale kranten over hoe om te gaan met de media, maar ook hoe de media naar ons kijken. Zo zullen wij elke maand tijdens primetime op een van de radiostations een uur lang uitleg geven over allerlei aspecten van het werk van het Openbaar Ministerie.
Maar ook in dat werk van het OM moet sprake zijn van een doorontwikkeling in deskundigheid, in efficiëntie en transparantie, in zorgvuldigheid. De samenleving mag verlangen dat er sprake is van een professionele OM-organisatie.
De juridische kwaliteit van de gepleegde interventies is cruciaal. In andere woorden: het vakmanschap moet op orde zijn en in zorgvuldigheid worden toegepast. Dat is de derde pijler van de strategie van het OM; de eigen organisatie.
Wat niet meer mag gebeuren (en wat in het verleden teveel gebeurde) is dat zaken zonder een deugdelijke reden lang bleven liggen. Moeilijke keuzes moeten worden gemaakt, er is absoluut onvoldoende opsporingscapaciteit om alle criminaliteit aan te kunnen pakken.
Maar als de keuzes zijn gemaakt dan moet de zaak zo voortvarend mogelijk afgehandeld worden.
En die keuzes moeten ook sneller worden gemaakt. Het Korps Politie Sint Maarten en het Openbaar Ministerie zijn begonnen aan het project JASAP (Justice as soon as possible).
Een officier van justitie die op het politiebureau samen met de politie nieuwe zaken van veelvoorkomende criminaliteit direct bespreekt, kijkt wat er moet of kan gebeuren, samen aan de slag gaan om slachtoffers en verdachten recht te doen.
Het project loopt als gevolg van capaciteitsproblemen zeker nog niet optimaal, maar de korpschef en ik zijn overtuigd van het nut van deze aanpak en gaan daar mee door.
En vakmanschap wil niet zeggen dat de rechter nooit tot een vrijspraak zal komen. Gelukkig niet zou ik willen zeggen, want dat zou betekenen dat er nooit een juridische discussie nodig is in deze zaal over de toepassing van de strafwet op menselijk handelen, dat alleen de makkelijke zaken met snelle veroordelingen aan bod zouden komen en dat nooit feitelijk of juridisch moeilijke of politiek gevoelige zaken aan de rechter zouden worden voorgelegd.
Slachtoffers, verdachten, getuigen, burgers, zij allen mogen verwachten dat dat nu juist wel gebeurt, zodat de onafhankelijke rechter kan oordelen. Kortom, keuzes maken die passen bij de realiteit van de samenleving, professioneel, integraal en in verbinding met de samenleving.
Dat zijn de kernwoorden voor het Openbaar Ministerie in de aanpak van de criminaliteit, om te komen tot een veiliger en rechtvaardiger Sint Maarten, met een cultuur van wet en recht.
Dit te kunnen bereiken bij de realiteit van een groot gebrek aan geld en middelen is een forse opgave die een duidelijke verandering van het OM verlangt, een ontwikkeling naar een netwerkpartner in plaats van alleen een strafrecht-toepasser. We zullen ons daarbij gaan focussen op drie criminaliteitsvormen: op de veelvoorkomende criminaliteit onder andere via JASAP. Op de High Impact Criminaliteit, zoals de geweld- en levensdelicten die ik noemde, die ieders veiligheidsgevoel ernstig aantasten. En op de lokale
en grensoverschrijdende ondermijnende criminaliteit omdat die de fundamenten van onze rechtsstaat aantast.
En daarin zullen we niet in één keer slagen, we zullen vallen maar ook weer opstaan, het vergt een langere adem. Deze visie voor de komende vijf jaren hebben we vastgelegd in dit boekje, “Perspectief op de criminaliteitsbestrijding 2016-2021” dat voor u ter beschikking is als u dat wenst. De taal kan geen probleem zijn, u treft de tekst zowel in het Nederlands als het Engels en het Papiamento.
Terug naar U drieën, strafrechters van der Spoel, Schols en Gruijters. U maakt nu deel uit van deze samenleving van Sint Maarten. Als inwoner en als burger, maar eerst en vooral als rechter op dit friendly island. Eerst en vooral als rechter? Jazeker!
Want iedereen op dit eiland kent iedereen, of in ieder geval kent iedereen wel iemand die iedereen kent, en dat is echt niet heel erg overdreven. U zult vaak als rechter gezien en herkend worden, ook op die momenten dat u het zelf helemaal niet door heeft. Dat is wennen. U zult echter zeer zeker gaan ervaren hoe de bevolking u niet alleen welkom zal heten als rechter maar u ook volledig zal omarmen als nieuwe inwoner en burger van dit prachtige land Sint Maarten.
Ik dank u voor uw aandacht,
Ton Maan, Hoofdofficier van Justitie Sint Maarten